Recensie de Gelderlander (Trui)

Hans Teeuwen lost hoge verwachtingen niet in met Trui
'Schoonvader' Kees van Kooten en vriendin Kim zaten in de zaal en zagen dat het goed was. Maar was het goed genoeg? Na de première van Trui, het derde programma van cabaretier Hans Teeuwen, maandag in de Kleine Komedie in Amsterdam, moet worden vastgesteld dat de ongekroonde koning van het cabaret van de jaren negentig, de hoge verwachtingen niet inlost...Na twee zeer succesvolle soloprogramma's, Hard & Zielig en Met een Breierdeck, trok dé cabaretontdekking van de jaren negentig zich terug. Een derde show zat er nog niet in. Teeuwen deed tussendoor een speelfilm, ging samenwonen met actrice Kim van Kooten en creëerde met dat alles zijn eigen mythe. Hij voerde de verwachtingen op tot grote hoogte en na een groot aantal try-outs presenteerde hij gisteravond het resultaat. Gekleed in een bruin kostuum, op het toneel slechts een vleugel, een uitgekiend lichtplan en lachen maar. En gelachen werd er, maar Teeuwen moet toezien dat zijn goede vriend Theo Maassen de wisselbeker behoudt.Rode draad in Trui is het tot op het absurde de draak steken met Het Vak. Ik heb er zin in, dat wordt bulderen van het lachen", roept hij in het begin. En op het eind geeft hij af op dat eeuwige applaus en negeert hij de première-bloemen.Teeuwen heeft nog altijd een hoop in zijn mars. Hij is een veelzijdig komiek. Hij heeft een fantastische beweeglijkheid en mimiek, beschikt over een hoop vooral harde grappen en hij is snel. Zijn aantal typetjes - eigenlijk niet meer dan stemmetjes - is weliswaar beperkt, maar wel heel leuk. En hij springt weer van de hak op de tak met een groot aantal korte absurde sketches.Het gekke is dat Teeuwen in Trui juist zijn hoogtepunten bereikt met de langste stukken, over het pesten van klasgenootje Fons met een wijnvlek en over zijn vader de goochelaar met het pratende konijn dat immers' en daarentegen' kan zeggen. Hij toont zelfs in enkele nummers zijn gevoelige kant, tot in een serieus luisterlied toe. In zijn onzinverhaaltjes - het fluitje van de badmeester - lijkt hij een reïncarnatie van Toon Hermans. Maar Toon deed dat beter.Maar waar is de ontwikkeling, wat heeft hij de afgelopen jaren uitgevreten om te groeien in het door hem op de korrel genomen Vak? Teeuwen leunt te gemakkelijk op de succesonderdelen van zijn vorige programma's. Hij begint zijn verhaaltjes vaak in het Nederlands en schakelt dan toch maar weer over op dat grappige dialect. Teeuwen switcht voordurend van macho- naar nichterig gedrag en dat blijft niet leuk. Het is een herhaling van zetten, waarbij het totaal helaas tegenvalt.


Bron: de Gelderlander

(< Ga terug)